Kinderen, ouders en patiëntenrechten

Kinderen tot 12 jaar

Kinderen tot 12 jaar worden de gezondheidsbelangen van het kind behartigd door ouders. De beslissing om een onderzoek of behandeling wel of niet te doen wordt genomen door de ouders in samenspraak met de arts, waarbij het kind zo goed als mogelijk wordt uitgelegd wat er aan de hand is en welk besluit genomen wordt. In uitzonderlijke gevallen kan het voorkomen dat ouders en arts niet hetzelfde idee hebben over de gezondheidsbelangen van het kind. In geval een onderzoek of behandeling voor het kind in de ogen van de arts noodzakelijk is, maar ouders deze weigeren, kan de arts een maatregel aanvragen bij de kinderbescherming. Dit komt zelden voor.

Ouders mogen, evt. samen met het kind, het dossier van hun kind inzien. Wanneer het inzien van het dossier niet in het belang van het kind is, kan de arts dit weigeren. 

Kinderen 12 tot 16 jaar

Bij kinderen van 12 tot 16 jaar weegt zowel de mening van het kind als van ouders bij beslissingen rondom de gezondheid van het kind. Beiden moeten instemmen met een onderzoek of behandeling. Geeft een van beiden geen toestemming, dan gaat in principe het onderzoek of de behandeling niet door. In uitzonderlijke gevallen kan het voorkomen dat er geen consensus is. In dat geval kan de arts in belang van het kind afwijken van deze regel.

Zowel het kind als ouders hebben beide inzagerecht in het dossier van het kind. Een kind mag zijn of haar dossier ook zonder ouders inzien, wanneer de arts inschat dat het kind dit aankan. Ook kan het kind bezwaar maken tegen inzage van zijn of haar dossier door ouders, of kan het kind aan de arts vragen om bepaalde informatie geheim te houden voor ouders. De arts maakt in dat geval de afweging of het kind in staat is om hierover te beslissen. Gelukkig komt dit niet veel voor.

Kinderen vanaf 16 jaar

Vanaf 16 jaar mogen jongeren zelf beslissen over hun medische behandeling. Zij hebben dezelfde patiëntenrechten als volwassenen: zij hebben recht op volledige informatie en geven zelf toestemming voor het verrichten van (aanvullend) onderzoek of een behandeling. Ouders hebben geen recht meer op informatie, toestemming van ouders voor onderzoek of behandeling is niet meer nodig en ouders hebben ook geen inzagerecht meer in het dossier van de jongere. Tenzij de jongere daar zelf uitdrukkelijk toestemming voor heeft gegeven aan de arts of de medewerker in de praktijk.

Spoedgevallen

In geval van een spoedgeval is er geen toestemming van ouders of het kind nodig om zorg te verlenen.

Voor meer informatie zie: PatiëntenfederatieNederland.


Comments are closed.